Mai Chau, liefde op het tweede gezicht
Mai Chau, liefde op het tweede gezicht
2, 3 en 4 november 2006
Op richting de grens met Laos. Onze visa lopen ten einde en we moeten Vietnam daarom verlaten. Enerzijds jammer, omdat we Vietnam ontzettend leuk vonden. Anderzijds zijn we erg benieuwd wat Laos te bieden heeft.
Lokale bus naar Hoa Binh
Eerst doen we echter nog Mai Chau aan, ten zuidwesten van Hanoi. Hierover heben we niet zoveel gehoord. Van de reizigers die we in Vietnam hebben ontmoet kon niemand ons iets vertellen over Mai Chau. Ook gaan er geen standaard dagtours naar de plaats, terwijl er toch mooie dingen in dit door de White Thai (een bevolkingsgroep die ongeveer 300 jaar geleden uit noord Thailand hier naar toe emigreerde) bewoonde dorp, te zien zijn. Ook schijnt het toch erg toeristisch te zijn. Alleen met een prive tour kan je er echter naar toe, maar dat gaat ons wat teveel kosten. Dus maar weer eens met de lokale bus. Aangekomen op het busstation Ha Dong in Hanoi, moeten we met de bus naar Hoa Binh vinden. We kunnen daarna overstappen naar Mai Chau. Niemand spreekt echter Engels op het station en uiteindelijk belanden we in de bus die volgens de chauffeur rechtstreeks naar Mai Chau gaat. Dat is dus mooi meegenomen. Hoeveel het kost blijft wat vaag, maar 200.000 Dong (10 euro) voor 2 personen lijkt ons enigszins duur, maar voor de lengte van de reis acceptabel. Van de overige reizigers in de bus krijgen we het idee dat ook zij zoveel betalen.
Busstation Hoa Binh
Wanneer de bijrijder halverwege de reis het geld int, betalen we voor de zekerheid toch maar eerst de helft. Wanneer we op de plaats van bestemming komen, kan hij de rest wel krijgen. Op een aantal opmerkingen na en wat gelach in de bus (wij lachen gewoon vrolijk sociaal mee), komen we dan toch aan in Hoa Binh. Blijkbaar moeten we toch overstappen. Op zoek naar een kop soep, is de bus ineens verdwenen en moeten we nog 2 uur wachten voordat de volgende bus vertrekt. De stationsrestauratie is een dusdanig vies en donker hok, dat we hier besluiten om niet te gaan eten. Maar gelukkig is er aan de andere kant een kraampje waar je Pho (de nationale soep) kunt krijgen. Dit is altijd goed te eten en dus ook hier.
Kattensoep?
Nadat de soep op is moeten we nog steeds anderhalf uur wachten. Ons boekje Vietnamees voor beginners slaat bij de lokale mannen die ons inmiddels al een half uur aanstaren niet echt aan, dus proberen we bij de eigenaresse een sociaal gesprekje aan te knopen via het leuke katje dat aangelijnd rondloopt. “Kon meeuw noh”, oftewel leuk klein katje, zeggen we in het Vietnamees. Antwoord: “Kon meeuw in de soep als ie groter is”, met een snijdend gebaar naar de hals. Waar is de bus naar Mai Chau, we wachten daar liever verder.
Mai Chau
Na een stoffige rit door een trouwens prachtig gebied en een vervelende bijrijder in de bus, komen we aan in wat Mai Chau wordt genoemd. Een nog stoffergere straat met wat betonnen huisjes aan beide zijden. Bij de bushalte staan een aantal niet-uitnodigende grauwe Vietnamese mannen op motoren die ons allemaal een guesthouse aanbieden. Is dit nu Mai Chau wat in de reisgidsen wordt genoemd? We besluiten de vriendelijkst uitziende man te vragen hoe zijn guesthouse eruit ziet en hij wijst naar het huisje tegenover de bushalte. Als dat het is, moet het maar. Morgen maar snel weer door naar de grensovergang. Een dame die wat beter Engels spreekt, spreekt ons aan en we besluiten dan maar met haar mee te gaan. Haar guesthouse ligt even buiten het dorp begrijpen we. We stappen op de motor en rijden het dorp uit. Na een paar minuten rijden we een prachtig idyllisch dorpje in met de mooiste paalwoningen, hoge palmen en door rijstvelden omgeven. Dus dit is het pittoreske Mai Chau! Morgen maar niet meteen door.
Thu’s Guesthouse
We zijn de enige bezoekers van het guesthouse van Thu, de dame met wie we zijn meegegaan. We hebben het longhouse op palen dus voor onszelf. Heerlijk!
De volgende dag huren we een fiets en verkennen de omgeving. De fietsen die we hebben gehuurd bij de zus van Thu (het is een klein dorpje waar iedereen volgens ons familie van elkaar is) vallen bijna uit elkaar, dus kilometers maken doen we niet. Maar de omgeving is echt prachtig. Wanneer het pad niet meer begaanbaar is op de fiets, moeten we door het rijstveld, via een gevaarlijk uitziend (restant van een) bruggetje, weer richting grote weg.
Grensovergang
De volgende dag moeten we nu echt richting de grens. Pas twee jaar geleden is deze grensovergang geopend en de reisopties zijn niet groot. Of we laten ons brengen op de motor of we huren een taxi voor de reis van 187 kilometer en vier uur naar de grens. Omdat de auto sneller gaat en we het niet zien zitten om zo lang op de motor te zitten met de baggage, geven we liever iets meer geld uit aan het laatste alternatief. Ook hier is de rit weer fantastisch en comfortabel ook nog.
In Na Meo, aan de Vietnamese kant, aangekomen, regelen we vervoer naar de eerstvolgende plaats in Laos. Er gaat maar 1 bus en deze is natuurlijk net vertrokken. De aardige jongen van het restaurant regelt een lift (uiteraard tegen betaling) voor ons bij de eigenaar van een kleine pick-up en zelfverzekerd gaan we de grens over. Ondanks dat we de grensbeambte wakker maken uit zijn middagdutje, is hij erg aardig en we hoeven maar een half uurtje te wachten op een handtekening van zijn meerdere. We lopen met onze bagage 10 minuten verder en krijgen een nieuwe stempel op ons Laos visum aan de andere kant. Ook hier is men weer erg aardig en is de beambte graag bereid vervoer voor ons te zoeken. Gelukkig hebben we dit al en kunnen we voor donker in de eerstvolgende plaats Vieng Xai aankomen.
Lift in Laos
Inmiddels is het mannetje van de pick-up ook bezig zijn papieren in orde te maken. Bij het trekken van zijn portemonnaie zien we ineens zijn pistool in zijn broek. Is dit verstandig om met hem mee te gaan of moeten we nu nog een alternatief gaan zoeken. Een pistool is natuurlijk handig ter zelfbescherming, maar op een eenzame weg met twee “rijke” toeristen in zijn auto kan het ook anders worden gebruikt. We informeren voorzichtig bij de grensbeambte of we de man kunnen vertrouwen. Nadat ons duidelijk is geworden dat hij regelmatig hier komt en dat hij een politieman uit Xam Neua is, vertrouwen we hier maar op. Het wordt een gezellige rit, waarbij we vele dorpjes aandoen om wat boodschappen te halen en af te leveren. Iedereen schijnt te man te kennen dus hebben we een goed gevoel hierover. We leren onze eerste woordjes Lao van hem en maken via de cassette recorder kennis met een bekende rapper uit Laos (alhoewel dat na 6 keer hetzelfde nummer gehoord te hebben wel gaat vervelen). Het is al donker als de man ons netjes bij het guesthouse Na Xam in Vieng Xai afzet.
Bekijk de route van mijn reis door Vietnam
0 reacties