Hué, verkenning op de fiets
Hué, verkenning op de fiets
21 – 23 oktober
De busreis van Hoi An naar Hue duurt ongeveer vier uur. In de bus ontmoeten we twee Nederlandse meiden die ongeveer dezelfde plaatsen hebben aangedaan die wij in onze planning hebben. Leuk dus om wat ervaringen uit te wisselen en adviezen in te winnen voor wat komen gaat.
De volgende dag besluiten we een fiets te gaan huren. We hadden voor onze reis al besloten om dit te gaan doen, maar toen we het verkeer zagen in Ho Chi Minh stad, hadden we elkaar beloofd dat in ieder geval daar niet te doen. Ongelooflijk dat er niet meer verkeersongelukken gebeuren in Vietnam. Vooral in de steden is het erg druk met vooral scooters en motoren ofwel ‘Hon da’s’ zoals ze hier worden genoemd. Regels lijken er niet te zijn en als ze bestaan is het zo dat diegene die het grootste is, eerst gaat. Eigenlijk best simpel. Er worden veel georganiseerde tours aangeboden naar verschillende plekken in en om de stad, maar deze lijken ons erg duf. Vandaar dat we zelf de fiets pakken en er op uit gaan. De eerste plek die we aan doen is de pagode van Thien Mu. Deze achtkantige toren uit 1601 is de tempel van de boedhistische monnik Thich Quang Duc, die zich in 1963 uit protest tegen de politiek van de toenmalige Zuid-Vietnamese president in brand stak.
Vanuit deze plek is het een kilometer of acht naar de tombe van Tu Duc. Hemelsbreed is dit niet zo ver, maar jammer genoeg is daar die lastige rivier. Gelukkig is Vietnam een land van dienstverlening en al snel krijgen we het aanbod van een dame om ons en de fietsen de rivier over te zetten. Na enige onderhandeling, Marjan is daar erg goed in, kunnen we onze weg aan de andere kant van de rivier vervolgen.
Na een paar leuke dorpjes, waaronder één waar wierook wordt gemaakt, en vele leuke reacties onderweg, komen we aan bij de tombe van Tu Duc. Indrukwekkend is deze plek, waar keizer Tu Duc van Vietnam zijn laatste jaren verbleef en is begraven. Er zijn nog een aantal andere tombes van andere keizers, allemaal voorzien van indrukwekkende gebouwen, omgeven door parken, grachten en vijvers. In het laatste gebouw ontmoeten we Cuong, een jonge jongen die ons een aantal vragen voor een onderzoek stelt. Uit zijn gebrekkige Engels en ons gebrekkige Vietnamees maken we op dat hij leraar is op een blindenschool van het Rode Kruis in Hue. We maken een afspraak om hem de volgende dag op te zoeken.
De ochtend erop kunnen we de school helaas niet vinden. We zijn op het juiste adres en er staat een school, maar niet voor blinden. Ook heeft niemand hier gehoord van het Rode Kruis. Blijkbaar hebben we elkaar toch niet goed begrepen.
Het fietsen bevalt ons goed en vandaag gaan we op de tweewieler de citadel bekijken. Hue is een vestingsstad waar de vroegere keizers van Vietnam zetelden en een groot deel van de stad is ommuurd. Helaas is van de oude glorie weinig over en moet veel worden ondersteund, anders stort de boel in. Na een lunch van noodles, beef en ‘peanuts’ (een vrije Vietnamese vertaling van ‘peas’, erwten), gaan we verder naar een dorpje ten oosten van Hue. Hier schijnt een mooie Japanse brug te staan.
De weg naar deze plek is geweldig mooi. Rijstvelden afgewisseld met kanaaltjes en af en toe een huisje. Omdat de Japanse brug niet op onze plattegrond staat, moeten we af en toe de weg vragen. En dan komt het ‘Point it’ boekje goed van pas. Een geweldige uitvinding wanneer beide partijen geen gezamenlijke taal spreken. Gewoon een verzameling foto’s. Wanneer een motorrijder ons aanspreekt in het Vietnamees, wijzen wij gewoon naar de foto met de brug. Gemakkelijk toch? De motorrijder antwoordt ons door iets te zeggen in het Vietnamees dat ons niet bekend voorkomt. Nee, die brug had toch echt een andere naam. Ook wanneer hij hetzelfde woord harder roept, klinkt dit ons nog steeds niet bekend in de oren. Wanneer hij echt begint te schreeuwen, proberen we hem vriendelijk te bedanken om onze weg te vervolgen. We begrijpen elkaar blijkbaar niet goed, want hij rijdt langzaam met ons mee, het woord nog en paar keer herhalend. Pas wanneer een andere motorrijder met een toerist achterop ons voorbijrijdt en ons toeroept: ‘Yes, bridge this way!’ begrijpen we dat we op de goede weg zijn. ‘Onze’ motorrijder waardeert dit echter niet en zet de achtervolging in. In de volgende bocht heeft hij de tweede motorrijder klemgereden en laat hem hard roepend en met veel gebaren weten dat hij nu inkomsten misloopt door ons de weg te kunnen wijzen (althans dat is onze interpretatie).
Het dorpje en de Japanse brug zijn erg mooi. Het is de +/- 15 kilometer trappen op onze China made fietsen zeker waard geweest.
Bekijk de route van mijn reis door Vietnam
0 reacties